‘Je n’aime pas la perfection,’ vertelt gastvrouw Isabelle bij het ontbijt in het houten huis van haar en haar man Benoît op een heuvel in het hartje van d’Ardennen. Ze houdt van grillige vormen, van natuurlijke structuren, liever een afwijkende lijn dan een rechte. Dat zie je in de lampen die ze maakt van doorzichtig porselein, in de zacht welvende koffiekopjes van keramiek uit haar atelier, in het hout dat haar man Benoît verwerkt tot originele vogelhuisjes en decoratieve stokken. Maar dit huis is voor mij perfect, zoals het geïntegreerd is in de heuvel om ten volle te kunnen genieten van de omgeving.
Beneden op de uitgestrekte weide grazen de koeien en ’s avonds verdwijnt de vuurrode zon achter de boomtoppen van de omliggende bossen.
De straat loopt hier over in een wandelpad dat je recht in de natuur brengt. Het is een prachtige plek om te wonen en te leven. En om te logeren. Isabelle en Benoît kochten de grond om er later op te bouwen, voor hun oude dag. Maar telkens ze hier kwamen, voelde het zo goed dat ze hun plannen niet langer uitstelden. La vie c’est maintenant, n’est-ce pas?
Met veel helpende handen bouwden ze hun huis op 9 maanden tijd, met zoveel mogelijk natuurlijke materialen en gerecupereerd hout. Zotte gedachten schieten door mijn hoofd. De grond is hier goedkoop, maar ik heb er nul verstand van. Zelfs de vijzen van mijn zelf gemonteerde schrijfbureautje schieten al eens los. Wat zou dat geven met een DIY gebouwd huis?
Je hebt bricoleurs nodig, lacht Isabelle. Véél bricoleurs.
Nu ontvangt het koppel hier gasten. Ze koken met groenten uit eigen tuin, maken confituur met smaken die ik nog nooit geproefd had en Benoît schenkt met enige fierheid een straffe perenlikeur uit, gemaakt met peren van een befaamde boom uit een naburig gehucht die maar af en toe een oogst schenkt.
Naast het huis waakt een grote boom. De takken hangen als een dak over zijn omgeving. Je kan er schuilen bij grote hitte of een fikse regenbui. Als je onder de boom staat, voel je je klein, vertelt Isabelle. Gasten hebben wel eens gesuggereerd om er een boomhut te maken, maar daar wil zij niet van weten. De boom verdient rust en moet gesoigneerd worden. Hij staat er al zo’n 250 jaar. Twee jaar geleden werd hij ziek. Zwammen. De bomendokter moest er bij komen. C’était comme papi était malade. Gelukkig kon deze opa gered worden. Ik vraag of hij een naam heeft. Dat heeft hij niet. Het is gewoon l’arbre.
Ik werp een blik op l’arbre en zeg dat hij voor mij Henri heet. Daar kan Isabelle zich wel in vinden.
Op de laatste avond van mijn korte verblijf op de heuvel stap ik door het natte gras en ga even onder papi Henri’s brede bladerdak staan.
Wat heeft hij allemaal gezien de voorbije eeuwen?
Henri zwijgt en beweegt zijn armen in de wind.
Foto: Benoît
Geef een reactie