‘Bedankt voor de fijnste 1 november sinds jaren,’ komt het berichtje binnen. Ik lees het en glimlach. Ja, het was de fijnste 1 november. Volgens de traditie hoort dat een grijze, triestige dag te zijn waarop je, in gedachten of op het kerkhof tussen steen en chrysant, treurt om wie er niet meer is. Zelfs het weer had zich er naar geschikt met miezer vanaf de ochtend en een grijs wolkendek dat geen aanstalten maakte om te wijken.
Zo aan het einde van de dag, terwijl de duisternis buiten als een zwaar deken over het dorp lag, besefte ik dat ik 1 november niet had gevuld met treurnis.
In plaats daarvan had ik in goed gezelschap gewandeld in de motregen en de modder, nu eens onder de beschutting van hoge bomen, dan weer in de openheid van glooiende velden. Soms bleven we staan. ‘Kijk nu toch eens hoe schoon!’ zeiden we dan voor we weer verder gingen.
Het is niet dat wij niet dachten aan wie er niet meer is. Elk van ons draagt verlies mee. Toch had ik het gevoel dat ik mijn oma meer honoreerde door die mooie wandeling te maken met mijn vriendinnen, dan door de somberheid van het kerkhof op te zoeken. De zwaarte van 1 november kreeg een lichtheid terwijl wij met een vinnige tred wandelden – soms schoven – over een dik tapijt van herfstbladeren.
Zelfs de miezer moest zich uiteindelijk gewonnen geven tegenover zo’n concentratie aan levenslust.
Het was nochtans een shit week geweest, met veel spanning en stress, lange dagen waarop ik niet pauzeerde en soms pas tegen de late namiddag een paar happen nam van een boterham. Daar zat ze, miss Levenskunst. Er kwam geen rust in mijn hoofd en de muren thuis zwijgen nu eenmaal de hele dag (en avond), hoeveel ik ook zucht. Ik was lang niet de enige met stress. ‘Nood aan wandeling!’ stuurde een vriendin in het begin van de week al door. Het klonk als een noodoproep en dat was het ook. Gelukkig maken wij deel uit van een klein, fijn en magisch genootschap dat niet bang is om in het donker te wandelen als de nood hoog is en de daguren verstreken zijn. Ik had in een bolletje onder mijn deken kunnen kruipen aan het einde van de shit werkweek, maar ik ging naar buiten. Precies dat: de deur opendoen, samen in beweging blijven, babbelen, luisteren, lachen, … dat bracht de lichtheid terug die ik tijdens de week zo gemist had in eenzame opsluiting met mijn stress. ‘Blijven ademen, hé!’ zeiden we tegen elkaar, blij dat wij de komende weken nog mógen wandelen samen.
De week bracht momenten zoet als pure honing en als wijn van de grenache noir druif. Maar ze toonde zich ook bitter.
Op 1 november, onder de reuzenbomen in het prachtige bos, komt het intrieste bericht binnen over Ward Verrijcken. We zijn halfweg onze tocht en blijven staan. ‘Lieve vriend, je laat een krater achter in ons hart,’ hoor ik een dag later een gebroken radiostem zeggen. Het raakt me diep. Zoveel duisternis, zoveel zwaarte. En toch lijkt het me dat je pas door ook de zwaarte te ervaren, de lichtheid kunt ontdekken. Want lichtheid, op de manier die ik bedoel, is allesbehalve oppervlakkig.
Ik heb het gevoel dat ik er beter en beter in word, in de lichtheid.
Het zit in het naar buiten stappen als je in een eerste opwelling eigenlijk in een bolletje in de zetel wilt kruipen. Het zit in wandelen in het donker en in de miezer en dat nog fantastisch vinden ook. Het zit in het verkeerd omgaan met je stress om dan in de volgende week toch die middagpauze te nemen in de herfstzon. Het zit in de vriendschappen die je koestert met mensen met wie je de humor en het schone en het bijzondere kunt zien. Zonder de zwaarte – die er onvermijdelijk ook is – uit de weg te gaan.
Het zit in zinnen die je leest en opschrijft omdat ze diep gaan en je ze nooit wilt vergeten, als was het raad van een wijze vriend:
It’s dark because you are trying too hard.
Lightly child, lightly. Learn to do everything lightly.
Yes, feel lightly even though you’re feeling deeply.
Just lightly let things happen and lightly cope with them.
So throw away your baggage and go forward.
Aldous Huxley
Heel mooi, Petra! Refereerde je niet al eerder naar dat bloedmooie gedicht?
LikeLike
Dankje, Edgard! Ik heb die zinnen al eens gedeeld via facebook, misschien heb je’t daar zien passeren. Ik vind ze te mooi om niet opnieuw te belichten.
LikeLike
Mooi verwoord Petra, we gaan nog veel wandelen samen, onder hoge bomen, op kleine paadjes, bergske op, bergske af. En een heerlijke portie modder kan zo’n deugd doen.
LikeLike
Op naar’t volgende tochtje! Miezer en modder kan ons niet deren 😉
LikeLike
Pc op en het eerste dat ik doe is deze tekst lezen…knap! Ga straks wandelen…
LikeLike
Merci, en geniet van de wandeling, Ger! 🍂
LikeLike